Theo, hoe moet het verder met de strijd tegen terreur na het debacle in Afghanistan?

Kamerlid en delegatieleider Theo Francken: “Het was al even duidelijk dat het blijven ondersteunen van het Afghaanse regime van president Ghani weinig zoden aan de dijk bracht. De terugkeer van de Taliban stond in de sterren geschreven. Wat zijn voor ons de belangrijkste prioriteiten? Het tegengaan van een heropleving van het internationaal terrorisme via IS en/of Al Qaeda. Daarvoor zullen we moeten blijven investeren in ‘counter terrorism’. Niet met ‘boots in the ground’, wel met drones en spionage. Van zodra ze nieuwe terroristische opleidingskampen uitbouwen, moeten we hard toeslaan. We moeten onze lessen trekken uit Afghanistan, oa dat ons concept van ‘nation building’ niet werkt, maar we hebben op deze top niet de luxe om alleen bij Afghanistan te blijven stilstaan.

We staan ook voor andere veiligheidsuitdagingen. De Amerikanen bouwen hun militaire aanwezigheid af, zowel in Europa als in onze zuidelijke periferie, en heroriënteren hun middelen naar het Verre Oosten, waar zo de toenemende militaire dreiging van China het hoofd willen bieden. Voor de Europese partners wil dat zeggen dat we zelf de gaten in onze eigen defensie gaan moeten opvullen. Ook onze middelen zijn beperkt. Dat lukt dus niet als we onze energie focussen op regio’s die voor ons van weinig strategisch belang zijn, zoals Centraal-Azië. Van veel groter belang voor Europa zijn momenteel de Sahel en de hoorn van Afrika. Door de afbouw van de militaire betrokkenheid van Frankrijk in Mali en van Amerika in Somalië zal de instabiliteit daar toenemen. Dat kan een directe weerslag hebben op Europa: een heropleving van terreurnetwerken, maar ook van de migratiecrisis op de Middellandse Zee en van de piraterij op de Indische Oceaan, wat de aanvoerroutes naar Europa kan bedreigen. We hebben met de tijdelijke blokkering van het Suez-kanaal al gezien welke chaos dat in onze logistieke keten kan veroorzaken.

We staan dus voor grote uitdagingen, maar deze top biedt ook kansen. Ten eerste moeten we zelf meer investeren in Defensie. Met het begrotingsconclaaf van komend weekend, herhaal ik mijn oproep om de Defensie te sparen bij de besparingen. Defensie heeft nood aan meer geld, in plaats van minder. Ten tweede zijn, door de Amerikaanse militaire heroriëntatie naar het Verre Oosten, nu ook de Oost-Europese lidstaten bereid tot intensievere samenwerking onder de Europese partners zelf.”

Karolien, het Aukus-defensiepact tussen de VS, Australië en het VK heeft in Europa voor een schokgolf gezorgd die nog steeds nazindert. Zien we hier het begin van een definitieve breuk?

Vlaams Parlementslid Karolien Grosemans: “Laat ons het hoofd koel houden. Frankrijk reageert uiteraard verontwaardigd en zoekt steun bij de andere Europese lidstaten om de zaak hierover op de spits te drijven. Maar het verhaal over het Aukus-pact en de misgelopen duikboot-deal is wel een stuk complexer dan Parijs laat uitschijnen. Vooreerst zijn de V.S., het V.K. en Australië als Angelsaksische naties cultuur-historisch zodanig nauw met elkaar verwant, dat ze natuurlijke politieke partners zijn, net zoals ze dat al waren in de afgelopen twee wereldoorlogen.

Daarenboven kadert Aukus uiteraard ook in de toegenomen veiligheidsdreiging die van China uitgaat en de daaruit volgende militaire noodzaak van de V.S. om zich te heroriënteren op de Stille Zuidzee.

De keuze voor Aukus heeft dus minder te maken met Frankrijk dan Parijs zelf zal durven toegeven. Dat geldt ook voor het mislopen van de duikbotendeal. Ondanks de eerdere beloften van Australië, beantwoordt het Franse ontwerp van conventionele dieselonderzeeboten niet langer aan de veiligheidsuitdaging waar Australië nu voor staat. De militaire context is simpelweg veranderd sedert die afgesprongen deal met Frankrijk werd onderhandeld. Maar sowieso is dit alles een wake-up-call. Niet alleen voor Frankrijk, maar voor heel Europa. Het toont aan dat Europa sterk aan strategische relevantie heeft ingeboet in de ogen van de V.S., in die mate zelfs dat de V.S. bereid zijn om de toekomst van de NAVO op het spel te zetten voor het afsluiten van nieuwe strategische partnerschappen in het Verre Oosten. Europa zal eindelijk echt meer op haar eigen benen moeten leren staan.

Peter, nu we het over China hebben kunnen we niet rond de militaire spanningen in de Gele Zee. Keer op keer schendt China bewust het luchtruim van Taiwan. Het lijkt wel of ze actief op zoek gaan naar een militaire provocatie. Moeten we ons ongerust maken?

Kamerlid Peter Buysrogge: “Jazeker moeten we ons ongerust maken. Al langer dan vandaag lijkt China zich voor te bereiden op een militaire oplossing. Het land hoopt het ‘probleem Taipei’ op te lossen met overweldigende militaire druk, al ziet Peking die oplossing uiteraard het liefst zonder een schot af te vuren. Het moet voor elke NAVO-lidstaat duidelijk zijn dat een vrij en onafhankelijk Taiwan onmisbaar is voor de wereldvrede en de wereldeconomie, ook voor die Europese lidstaten die om historische redenen meer wakker liggen van Rusland dan van China. Een Chinese take-over zou de ganse machtsbalans in het Verre Oosten doen kantelen. China zou de militaire spanningen gewoon verleggen van Taiwan naar het volgende front, door haar dominantie te laten gelden over Vietnam, de Filippijnen, Indonesië en zelfs Japan en Zuid-Korea.

Taiwan investeert momenteel heel zwaar in haar defensieapparaat, in het bijzonder in anti-scheepsraketten om een maritieme invasie af te slaan. Maar een wapenwedloop met Beijing kan Taipei uiteraard niet winnen. De NAVO mag zich intern niet uit elkaar laten spelen. Geen enkele individuele lidstaat mag toegeven aan de verwoede diplomatieke pogingen van China om Taiwan internationaal te isoleren. Verder mogen we al helemaal niet toegeven aan de vraag van China om de beperkingen op de levering van essentiële militaire hardware aan Taiwan op te heffen.”

Theo, hoeveel Schwung zit er eigenlijk nog in de NAVO? In 2019 al verklaarde de Franse president Macron de NAVO ‘hersendood’. Sindsdien zijn de interne spanningen alleen maar toegenomen en beleefden we in Afghanistan een collectieve afgang. Is er nog hoop voor het Noord-Atlantische bondgenootschap?

Theo Francken: “Volgend jaar in juni zal door de regeringsleiders een nieuwe strategisch concept goedgekeurd worden, genaamd NATO2030. Maar is dat wel voldoende om de toekomst van de NAVO te garanderen?

Concreter gesteld: is de nodige politieke wil er nog om de alliantie voort te zetten en de inspanningen te leveren die daarvoor nodig zijn? Dan komen we uiteraard wederom uit bij dé Achilleshiel die de Atlantische relaties al decennia lang verzuurt: de aanhoudende deloyale houding van vele Europese lidstaten, die hun deel van de collectieve militaire inspanning maar niet willen leveren, waaronder ook ons land. Ik hoop dat de ernst van de geostrategische situatie waar we nu als Europese lidstaten in beland zijn stilaan begint door te dringen.

Het Noord-Atlantische bondgenootschap heeft zijn nut al bewezen sinds Wereld Oorlog II. Door het militaire bondgenootschap van de NAVO beleven we een ongeziene Europese periode van 75 jaar zonder oorlog. Wat ons betreft blijft dat de beste garantie voor vrede en veiligheid in het Westen.

Maar het is in de eerste plaats aan onszelf, Europeanen, om die diepe Atlantische band opnieuw leven in te blazen. Dat kan maar indien we als Europeanen zélf onze verantwoordelijkheid opnemen en samenwerken en investeren in onze defensie.”